600 gasten op de Neder-Oostenrijkse Industriedag: alarmsignaal voor de locatie!

Transparenz: Redaktionell erstellt und geprüft.
Veröffentlicht am

Op de “Neder-Oostenrijkse Industriedag” in kasteel Laxenburg bespraken 600 deelnemers het belang van de industrie voor de locatie en riepen op tot betere randvoorwaarden.

600 Teilnehmer diskutieren beim "Tag der NÖ Industrie" im Schloss Laxenburg über die Bedeutung der Industrie für den Standort und fordern bessere Rahmenbedingungen.
Op de “Neder-Oostenrijkse Industriedag” in kasteel Laxenburg bespraken 600 deelnemers het belang van de industrie voor de locatie en riepen op tot betere randvoorwaarden.

600 gasten op de Neder-Oostenrijkse Industriedag: alarmsignaal voor de locatie!

Vandaag, 11 september 2025, vond in kasteel Laxenburg de “Neder-Oostenrijkse Industriedag” plaats, waarvoor ongeveer 600 gasten uit de sectoren industrie, bedrijfsleven, politiek, samenleving en media waren uitgenodigd. Het belangrijke evenement werd georganiseerd door de Neder-Oostenrijkse Industrievereniging (IV NÖ), die zich richtte op het belang van de industrie voor waardecreatie, werkgelegenheid en innovatie. Onder de eregasten bevonden zich Johanna Mikl-Leitner, de gouverneur van de deelstaat, en Wolfgang Hattmannsdorfer, de minister van Economische Zaken. Deze vertegenwoordigers benadrukten de uitdagingen waarmee de sector wordt geconfronteerd, met name de hoge energiekosten en de beperkingen van de regelgeving.

Kari Ochsner, de voorzitter van de IV-NÖ, maakte duidelijk dat industriebeleid inzet en verantwoordelijkheidsgevoel vereist. Hij benadrukte het belang van het terugdringen van de locatiekosten, waaronder energie, arbeid en bureaucratie. Tegelijkertijd riep hij op tot betere randvoorwaarden voor onderzoek en innovatie om het concurrentievermogen van industriële bedrijven te versterken. [A] Deze eisen worden ook weerspiegeld in de huidige uitdagingen van de industrie, die volgens [Wirtschaftsdienst] kampt met een sluipende de-industrialisatie.

Het belang van de industrie in context

De industrie draagt ​​30 procent bij aan de economische productie in Neder-Oostenrijk en biedt werk aan bijna 190.000 mensen, waaronder ongeveer 2.700 leerlingen. Ruim tweederde van de onderzoeks- en ontwikkelingsuitgaven komt uit de industrie, zoals [Leadersnet] meldt. Deze statistieken onderstrepen de enorme bijdrage van de industrie aan de Oostenrijkse economie. Wolfgang Ecker, voorzitter van de WKO, wees op de noodzaak om de juiste randvoorwaarden te scheppen voor het concurrentievermogen van industriële bedrijven.

De Oostenrijkse minister van Economische Zaken Hattmannsdorfer bevestigde opnieuw de rol van de industrie als de ruggengraat van de economie en benadrukte de noodzaak om de sluipende de-industrialisatie een halt toe te roepen. In deze context zei Klaudia Tanner, de minister van Defensie, dat investeringen door het federale leger in Neder-Oostenrijkse bedrijven van groot belang zijn om de toegevoegde waarde in het land te behouden. Johanna Mikl-Leitner benadrukte ook dat de sector onder druk staat vanwege de hoge kosten en eisen en dat er dringend behoefte is aan steun van de staat, de federale overheid en de EU.[A]

Mondiale trends en uitdagingen

Het probleem van de deïndustrialisatie beperkt zich niet alleen tot Oostenrijk, maar treft ook andere landen zoals Duitsland, waar het aandeel werknemers in de productiesector daalde van ongeveer 20 procent in 2000 naar 17 procent in 2020, zoals [Wirtschaftsdienst] opmerkt. Deze ontwikkeling gaat gepaard met een grotere intersectorale arbeidsverdeling en de uitdagingen van digitale en ecologische transformatie. De noodzaak om zich aan te passen aan de stijgende energieprijzen en geopolitieke onzekerheden wordt steeds urgenter.

De gevolgen zijn ernstig: marktontwikkelingen kunnen leiden tot productievermindering en banenverlies in de Duitse en Europese industrie. Een stijging van de energieprijzen is geïdentificeerd als een van de risico's die ook de industrie in Oostenrijk zouden kunnen treffen. De afgelopen maanden heeft de Duitse federale regering al maatregelen genomen om de energievoorziening veilig te stellen. De consensus over de noodzaak om de industrie koolstofarm te maken leidt ook tot de roep om een ​​modern industriebeleid dat zich richt op duurzaamheid en technologische soevereiniteit.

De discussie over een nieuwe strategie voor het industriebeleid werd in het verleden gestimuleerd door initiatieven als de “Industriële Strategie 2030”. Dit heeft tot doel het industriële aandeel van de bruto toegevoegde waarde te stabiliseren en strategisch belangrijke technologieën te bevorderen. Het blijft echter onduidelijk hoe succesvol dergelijke maatregelen kunnen zijn, vooral gezien de internationale protectionistische trends, zoals die uit China en de VS, die vaak nadelen hebben voor de Europese economie.[A]

Te midden van deze uitdagingen ziet IV-NÖ directeur Michaela Roither het evenement als een teken van de relevantie van de sector. Video-interviews met vertegenwoordigers uit de industrie en de politiek die tijdens het evenement werden gehouden, illustreren de uitgebreide discussies over de onderwerpen industriebeleid en de toekomstperspectieven van de industrie. Om als concurrerende locatie te kunnen overleven zijn creatieve oplossingen en nauwe samenwerking tussen de staat, de industrie en de vakbonden nodig om toekomstige uitdagingen het hoofd te bieden.[B]