Ontdekking van nazi-weefselmonsters in Wenen: tragisch lot van kinderen onthuld
Weefselmonsters van nazi-slachtoffers ontdekt in Wenen: MedUni Wenen doet onderzoek naar de geschiedenis van hersenonderzoek tijdens het nationaal-socialisme.

Ontdekking van nazi-weefselmonsters in Wenen: tragisch lot van kinderen onthuld
Als onderdeel van een onderzoeksproject bij MedUni Wenen over de geschiedenis van hersenonderzoek tijdens het nationaal-socialisme werden overblijfselen van weefselmonsters van slachtoffers van nazi-‘euthanasie’ ontdekt. Deze vondsten zijn gedaan tijdens het digitaal indexeren van de historische collectie van de afdeling Neuropathologie en Neurochemie. De geïdentificeerde weefselmonsters omvatten microscopisch kleine coupes en in paraffine ingebedde monsters die afkomstig zijn van in totaal negen kinderen, van wie er zes werden vermoord in het Weense kindereuthanasie-instituut Am Spiegelgrund en drie in het Brandenburgse instituut Görden. In 2002 werden menselijke resten van nazi-slachtoffers begraven op de centrale begraafplaats van Wenen, en in 2003 vond een andere begrafenis plaats in Görden.
De rector van MedUni Wenen, Markus Müller, benadrukt het belang van ethische principes in de medische wetenschap. Gezien de historische lasten zet de universiteit zich actief in om in het reine te komen met het verleden. Romana Höftberger benadrukt de noodzaak om van het verleden te leren en onethisch gedrag in de geneeskunde consequent te bestrijden. Herwig Czech ziet de ontdekking van de weefselmonsters in de bredere wetenschappelijk-historische context van onderzoek naar menselijke resten uit de context van nazi-onrecht.
Context van nazi-hersenonderzoek
In de jaren 1940 tot 1945 hebben instellingen als het Kaiser Wilhelm Instituut voor Hersenonderzoek in Berlijn uitgebreid onderzoek gedaan naar de hersenen van slachtoffers van de massamoord op geesteszieken en verstandelijk gehandicapten. Gedurende deze tijd werden ongeveer 700 hersenen onderzocht. De systematische totstandkoming van het onderzoeksplan werd gelegitimeerd door een formele brief van Adolf Hitler aan Karl Brandt en Philipp Bouhler, gedateerd 1 september 1939. Als onderdeel van de zogenaamde “Aktion T4” werden tussen januari 1940 en augustus 1941 ongeveer 70.000 psychiatrische patiënten gedood door vergassing.
Er wordt geschat dat in totaal ongeveer 185.000 psychiatrische patiënten stierven, met de toevoeging van nog eens 80.000 sterfgevallen door Poolse, Sovjet- en Franse instellingen, waardoor het dodental op ruim 260.000 komt. Het idee achter ‘euthanasie’ was de vernietiging van chronisch zieke en gehandicapte patiënten om de institutionele psychiatrie te herstructureren, ondersteund door een eugenetische ideologie die sterilisaties omvatte om genetische defecten uit te roeien.
Wetenschappelijke verwikkelingen
De betrokkenheid van het Kaiser Wilhelm Instituut bij ‘euthanasie’ valt niet te ontkennen. Onder leiding van professor Hugo Spatz verschoof de focus van het onderzoek vanaf 1937 naar zieke hersenen. Nauwe banden tussen de KWI en het Staatsinstituut Brandenburg-Görden vormden de sleutel tot het uitvoeren van de medische misdaden. Julius Hallervorden, een vooraanstaand wetenschapper uit die tijd, verkreeg hersenen van slachtoffers van “euthanasie”, waaronder kinderen. In 1944 waren in totaal 1.179 hersenen onderzocht, waarvan er 707 waarschijnlijk afkomstig waren van slachtoffers van “euthanasie”. Ondanks het einde van deze massamoorden werd het onderzoek op dezelfde manier voortgezet, en het gruwelijke verhaal roept vandaag de dag nog steeds ethische vragen op.
Door de ontdekking van de weefselmonsters in Wenen staat de MedUni Wenen opnieuw centraal in het onderzoek naar het nationaal-socialistische verleden en de impact ervan op de hedendaagse medische ethiek.