Voestalpine: 1,5 miljard euro voor klimaatbescherming – industrie alert!
Voestalpine investeert 1,5 miljard euro in het koolstofvrij maken; dreigende kostenstijgingen en banenbedreigingen in 2030.

Voestalpine: 1,5 miljard euro voor klimaatbescherming – industrie alert!
Op 31 oktober 2025 maakte Voestalpine bekend dat het 1,5 miljard euro zou investeren in het koolstofvrij maken van zijn productieproces. Deze enorme investeringen maken deel uit van een alomvattende strategie om de uitstoot van broeikasgassen in de staalsector, die wordt beschouwd als een van de grootste uitstoters in de industrie, terug te dringen. Vertegenwoordigers van bedrijven, waaronder de raden van bestuur van Voestalpine, Amag, Lenzing en Wienerberger, waarschuwen echter dat het milieubeleid van de EU sommige van deze investeringen in gevaar zou kunnen brengen. Met name de emissiehandel, waarbij bedrijven certificaten kopen en per ton CO₂ moeten betalen, staat centraal in de discussie.
De gratis certificaten voor energie-intensieve bedrijven lopen in 2026 af, wat voor de industrie tot een last van maximaal twee miljard euro kan leiden. Minister van Economische Zaken Wolfgang Hattmannsdorfer heeft daarom opgeroepen tot uitbreiding van deze certificaten op EU-niveau om het concurrentievermogen van de binnenlandse industrie te waarborgen en banen in deze sectorale waardeketens te beschermen. Met ongeveer 49.000 medewerkers, waarvan ruim 23.000 in Oostenrijk, is Voestalpine een belangrijke speler in de binnenlandse industrie.
Uitdagingen van de EU-politiek
De zorgen over het toekomstige concurrentievermogen worden vergroot door de hoge prijsdruk van goedkope staalproducenten in Azië. Manfred Hippold, leider van de ondernemingsraad van Voestalpine, benadrukt de noodzaak om banen veilig te stellen. Een aanpassing van het EU-beleid aan de realiteit op het gebied van technologie, elektriciteits- en waterstofprijzen wordt als urgent beschouwd.
Oostenrijk streeft ook een ambitieuze klimaatdoelstelling voor 2040 na, die tien jaar vóór de EU-doelstelling voor 2050 ligt. Deze eisen hebben niet alleen gevolgen voor de staalindustrie, maar ook voor andere energie-intensieve sectoren. In Duitsland, waar de industrie in 2021 verantwoordelijk was voor ongeveer 24% van de uitstoot van broeikasgassen, is de ijzer- en staalindustrie een van de grootste uitstoters. De gewijzigde Climate Protection Act heeft tot doel de uitstoot van broeikasgassen tegen 2030 terug te brengen tot 118 miljoen ton, wat een reductie van een derde betekent ten opzichte van 2021.
Maatregelen voor het koolstofvrij maken
Om deze ambitieuze doelen te bereiken zijn zowel in Duitsland als in Oostenrijk fundamentele transformaties van de productieprocessen nodig. De federale overheid vertrouwt op marktgebaseerde instrumenten zoals CO2-beprijzing en de Fuel Emissions Trading Act (BEHG). Financieringsprogramma’s die onder meer het gebruik van waterstof in de industrie ondersteunen, zijn bedoeld om de emissiedoelstellingen te helpen bereiken en tegelijkertijd een betrouwbaar kader voor investeringen te creëren, zoals het federale ministerie van Economische Zaken en Klimaatbescherming meldt.
Daarnaast wordt in het Directe Klimaatbeschermingsprogramma een financieringsprogramma voor klimaatbeschermingscontracten ontwikkeld, dat bedoeld is om de bedrijfskosten te ondersteunen en planningszekerheid te creëren. Het doel is ook om groene leidende markten te creëren om de vraag naar milieuvriendelijke producten te vergroten. In deze context wordt de Europese Green Deal gezien als een centraal initiatief dat bedoeld is om een samenhangend algemeen raamwerk te creëren voor een klimaatvriendelijke en concurrerende industrie op Europees niveau.
Deze ontwikkelingen illustreren hoe belangrijk decarbonisatiemaatregelen zijn voor het terugdringen van de uitstoot van broeikasgassen in de industrie en hoe sterk het Europese beleid op dit gebied de economische vooruitzichten van bedrijven beïnvloedt.