Het plan van SPÖ-leider Kaiser: de neutraliteit van Oostenrijk ondermijnen?
FPÖ-leider Fürst bekritiseert Kaisers plannen voor Oostenrijkse neutraliteit ter gelegenheid van het 70-jarig jubileum. politieke ontwikkelingen.

Het plan van SPÖ-leider Kaiser: de neutraliteit van Oostenrijk ondermijnen?
Op 25 oktober 2025, een dag vóór de 70e verjaardag van de eeuwige neutraliteit van Oostenrijk, had FPÖ-woordvoerster voor buitenlands beleid, dr. Susanne Fürst, kritiek op de recente uitspraken van SPÖ-gouverneur Kaiser. Hij pleitte voor een ‘heroverweging’ van de neutraliteit en overweegt om zich aan te sluiten bij het Europese raketverdedigingsproject Sky Shield. Fürst beschouwt dit initiatief als een ondermijning van het neutrale standpunt en vreest dat het Oostenrijk in internationale conflicten zou kunnen meeslepen OTS gemeld.
Oostenrijkse neutraliteit wordt beschouwd als een centraal onderdeel van de nationale identiteit; Ongeveer 80 procent van de bevolking omschrijft het als essentieel voor hun zelfbeeld. Ter gelegenheid van het komende jubileum benadrukt Fürst dat de regering en de gouverneur zich duidelijk moeten engageren voor de neutrale positie van Oostenrijk en het belang ervan internationaal moeten vertegenwoordigen. Ze waarschuwt voor politieke experimenten die de decennialange traditie van neutraliteit in gevaar kunnen brengen.
Neutraliteit bij verandering
De discussie over de neutraliteit van Oostenrijk is de afgelopen jaren intenser geworden. In een interview op 8 juni zei Wolfgang Schüssel dat de Oostenrijkse stem in het buitenlands en veiligheidsbeleid binnen de EU steeds meer “niet van elkaar te onderscheiden” was. Het toetredingsverdrag tot de EU bracht een geleidelijke verandering teweeg, omdat het geen voorbehouden bevatte ten aanzien van de neutraliteit. Sinds 1995 is dit geleidelijk gerelativeerd zonder dat er een alomvattend publiek debat over plaatsvond. Dit verplicht Oostenrijk op grond van constitutioneel en internationaal recht om deel te nemen aan het Gemeenschappelijk Buitenlands en Veiligheidsbeleid (GBVB) van de EU, dat in bepaalde situaties ook militaire steun nodig zou kunnen hebben, zoals De pers gemeld.
Een ander centraal vraagstuk is de Oostenrijkse defensiecapaciteit. De afgelopen decennia is onvoldoende voldaan aan de verplichting om de nationale soevereiniteit te verdedigen. Critici benadrukken dat het gebrek aan uitrusting en personeelstekorten van de strijdkrachten dringend moet worden aangepakt. De discussie over de bereidheid van de bevolking om in geval van verdediging actie te ondernemen blijft echter grotendeels onaangetast.
Publieke opinie over neutraliteit
Staatssecretaris Alexander Pröll benadrukt dat neutraliteit niet gelijk moet worden gesteld aan onverschilligheid, maar dat juist een actieve rol in de internationale dialoog van groot belang is. Oostenrijk is actief betrokken bij multilaterale organisaties zoals de VN en de OVSE. De woordvoerder van de ÖVP-defensie, Friedrich Ofenauer, wijst erop dat neutraliteit al zeventig jaar goede diensten heeft bewezen en het land tegen conflicten heeft beschermd.
Volgens recente onderzoeken beschouwt een overweldigende meerderheid van de bevolking neutraliteit als onderdeel van de identiteit van de staat. Van de 60-plussers is 88 procent deze mening toegedaan. Daarentegen zou slechts 13 procent graag lid willen worden van de NAVO, terwijl 59 procent van de respondenten voorstander is van het behoud van de neutraliteit in de huidige vorm en 36 procent voorstander is van een meer alomvattende neutraliteit. Deze bevindingen maken duidelijk dat de kwestie van neutraliteit stevig verankerd is in het nationale bewustzijn, wat ook tot uiting komt in de politieke reacties Tot het punt gemeld.