Strooizoutbalans: Greenpeace hekelt hoge hoeveelheden in Tirol en Hessen!
Het artikel analyseert het gebruik van strooizout in de Oostenrijkse steden, belicht de gevolgen voor het milieu en rapporteert over de huidige maatregelen en aanbevelingen van Greenpeace.
Strooizoutbalans: Greenpeace hekelt hoge hoeveelheden in Tirol en Hessen!
In heel Hessen bereidt de wegenbouwautoriteit Hessen Mobil zich voor op de winter door maar liefst 90.000 ton strooizout op te slaan. Deze enorme hoeveelheden worden verdeeld over 46 wegenonderhoudsafdelingen om de veiligheid op de ongeveer 15.200 kilometer aan wegen van de staat te garanderen. De winterdienst, die zo’n 1.000 medewerkers en 390 voertuigen mobiliseert, zorgt er 24 uur per dag voor dat de wegen veilig blijven voor weggebruikers. Volgens een woordvoerder van de autoriteit was er in 2022 ongeveer 62.500 ton strooizout in gebruik, met een gemiddelde van 81.000 ton over de afgelopen twintig jaar Wereld gemeld.
Parallel aan de wintervoorbereidingen in Hessen heeft Greenpeace alarmerende gegevens gepubliceerd over het gebruik van strooizout in Oostenrijk. De organisatie onderzocht de hoeveelheden strooizout die steden tussen 2019 en 2024 gebruikten en ontdekte dat Innsbruck met 3,8 ton per kilometer weg de hoogste hoeveelheid gebruikte. St. Pölten volgt met 3 ton, terwijl ook Linz en Bregenz met 2,8 en 2,5 ton in de categorie ‘rood’ zijn ingedeeld. Deze indeling laat zorgelijke sporen na: een kwart van de zoutverspreiding zou in het grondwater sijpelen en ernstige gevolgen kunnen hebben voor de biodiversiteit. Ook zijn er gezondheidsrisico’s voor huisdieren en mogelijke schade aan de infrastructuur, bijvoorbeeld ORF Tirol gemeld.
Greenpeace doet een beroep op steden om het gebruik van strooizout drastisch terug te dringen en geeft de voorkeur aan het vrijmaken van wegen. Vooral in zones met snelheidsbeperking kan dit voldoende zijn. In Innsbruck wijst het stadsbestuur op verhoogde zorg in hoger gelegen delen van de stad en is van plan het pekelsysteem te moderniseren om de behoefte aan grit te verminderen. Hieruit blijkt dat er grote mogelijkheden zijn om hulpbronnen te besparen en tegelijkertijd de bescherming van het milieu te bevorderen.