Belastingschok voor obers en verpleegsters: vakantiewerk nu duur!
Vanaf 2025 moeten werknemers in Oostenrijk belasting betalen over vakantieloon. Critici zien dit als een verborgen belastingverhoging.

Belastingschok voor obers en verpleegsters: vakantiewerk nu duur!
Vanaf 1 januari 2025 moeten werknemers in bepaalde beroepen, zoals obers, verplegend personeel en toerismemedewerkers, voor het eerst belasting betalen over hun vakantieloon. Deze regeling, die gedeeltelijk met terugwerkende kracht geldt, komt voor veel werknemers als een verrassing, omdat zij nu pas door hun werkgever over de wijzigingen zijn geïnformeerd. De belastingheffing op vakantiewerk gaat terug op een uitspraak van het Federale Hof van Financiën uit december 2024. Tot eind 2024 waren vakantielonen belastingvrij zolang er geen extra bonus werd betaald, wat nu fundamenteel zal veranderen. Volgens oe24 heeft het ministerie van Financiën deze nieuwe regeling in april 2024 aangenomen.
Als er op feestdagen zonder extra loon wordt gewerkt en dit geldt als reguliere werktijd, moet de werknemer belasting betalen. Voor sommige werknemers kan dit oplopen tot 130 euro per maand. Een uitzondering vormen de medewerkers die een bijzondere vakantiebijslag ontvangen. Deze groep valt namelijk niet onder de nieuwe belastingregels.
Achtergrond en rechtsgrondslag
De beslissing van het Federale Hof van Financiën, gepubliceerd op 19 december 2024 onder dossiernummer RV/3100544/2017, verduidelijkte dat vakantiegeld als belastbaar loon wordt beschouwd. Werknemers behouden echter hun recht op vergoeding voor gemist werk op feestdagen, tenzij compensatie voor vrije tijd wordt overeengekomen. Dit geldt ook voor werkzaamheden die tijdens de vakantie worden uitgevoerd, zoals uitgelegd in wko. De toeslag voor vakantiewerk is alleen belastingvrij als uit de uitkeringen dit uitdrukkelijk blijkt en is betaald voor daadwerkelijk verrichte vakantiewerk.
Het antwoord van het federale ministerie van Financiën op de vraag bevestigde het standpunt van de BFG. Benadrukt wordt dat het vakantiegeld volgens artikel 9 lid 5 ARG niet wordt gezien als een aanvulling in de zin van artikel 68 lid 1 EStG 1988. Tot en met 31 december 2024 gold de voorkeursbehandeling, maar vanaf kalenderjaar 2025 zal de nieuwe regeling worden toegepast, waardoor mogelijk een herziening van de eerste drie maanden van het jaar, zoals deze, nodig is [BMF].
Kritiek op de nieuwe regeling
Critici van de nieuwe belastingverordening omschrijven het als een verborgen belastingverhoging die vooral werknemers in de getroffen sectoren treft. Hoewel de officiële verklaring van het ministerie van Financiën ‘duidelijkheid’ wil bieden, valt het nog te bezien hoe werknemers de overgang naar de nieuwe belastingheffing zullen ervaren.