Smartphones in de kinderkamer: een vloek of een zegen voor onze kleintjes?
NÖAAB-discussieavond op smartphones: experts bespreken hun invloed op kinderen en roepen op tot media-competente oplossingen.
Smartphones in de kinderkamer: een vloek of een zegen voor onze kleintjes?
Het gebruik van smartphones en de effecten ervan op kinderen waren het hoofdonderwerp van een actuele discussieavond van de Neder-Oostenrijkse Werknemersvereniging (NÖAAB). Onder de titel “Woordenwisseling” kwamen de leden bijeen om met deskundigen te praten, waaronder: Andrea Bühl-Aigner En Claudia André om de vragen van de moderne mediaconsumptie te bespreken.
Tijdens de bijeenkomst werd gesproken over de sociale en psychologische gevolgen van smartphones voor kinderen en jongeren. Andrea Buhl-Aigner waarschuwde dat een ontspannen benadering van mobiele telefoons en tablets in gezinnen cruciaal is. Ze drong er bij ouders op aan hun kinderen niet te belonen met smartphones of deze als straf te gebruiken, om zo een gezonde en bewuste relatie met technologie te bevorderen.
Verantwoordelijkheid van ouders en scholen
De verantwoordelijkheid die ouders in de digitale ruimte op zich moeten nemen, werd benadrukt door Buhl-Aigner. Ze moedigde het optreden als rolmodel aan en het zoeken naar hulp als zich tekenen van gedragsverslaving of controleverlies voordeden. Claudia Andre pleitte voor individuele oplossingen op scholen in plaats van te proberen algemene richtlijnen op te leggen. Ze riep op tot extra steun voor leraren om de regelgeving inzake het gebruik van mobiele telefoons beter te kunnen handhaven.
De discussie bevestigde het groeiende belang van het gebruik van mobiele telefoons in schoolcontexten. Christiane Teschl-Hofmeister, regionale voorzitter van de NÖAAB, verwees naar maatregelen die al zijn geïnitieerd door de deelstaat Neder-Oostenrijk en het directoraat Onderwijs om het verantwoorde gebruik van smartphones op scholen te bevorderen. In samenwerking met deskundigen wordt informatiemateriaal ter ondersteuning van zowel leerkrachten als ouders verstrekt.
Een terugblik op het mediagebruik van jongeren
Een ander aspect van de discussie over het gebruik van smartphones werd ondersteund door actuele onderzoeken en deskundigenadviezen over mediagebruik onder jongeren. Volgens een onderzoek van het DAK en het Universitair Ziekenhuis Hamburg Eppendorf uit 2024 zijn bepaalde verslavingsproblemen op het gebied van gaming en sociale media licht afgenomen, maar liggen ze nog steeds boven het niveau van 2019. Ruim 25% van de 10- tot 17-jarigen maakt problematisch gebruik van sociale media, waarbij ongeveer 5% als afhankelijk wordt beschouwd. Gemiddeld besteden tieners ruim 2,5 uur per weekdag op sociale media, een half uur meer dan vijf jaar geleden.
Deskundigen waarschuwen dat dit intensieve gebruik helaas vaak met negatieve effecten gepaard gaat. Neurobioloog Martin Korte merkte op dat sociale netwerken een negatieve invloed kunnen hebben op creativiteit en persoonlijke interacties. De Amerikaanse psycholoog Jean M. Twenge spreekt over een zorgwekkende toename van depressies onder tienermeisjes in verband met smartphonegebruik. Ook het gebruik van manipulatieve ontwerpen in apps wordt als problematisch beschouwd. Platforms maken gebruik van technieken die zich richten op het beloningssysteem in de hersenen, waardoor kinderen en jongeren steeds meer tijd op deze platforms doorbrengen.
Aanbevelingen voor een gezonde mediaconsumptie
Onder de aanbevolen richtlijnen voor schermgebruik wordt geadviseerd om de hoeveelheid tijd die kinderen achter schermen doorbrengen te beperken. Kinderen jonger dan drie jaar mogen geen schermtijd krijgen, terwijl voor kinderen tussen drie en zes jaar maximaal 30 minuten per dag wordt aanbevolen. De aanbevelingen gaan verder en leggen de maximale limiet op 45 minuten voor de leeftijdsgroep van zes tot negen jaar. Deskundigen zijn het erover eens dat duidelijke regels en een begeleidende ouderrol cruciaal zijn om kinderen veilig door de digitale wereld te loodsen.
Over het geheel genomen vereist de discussie over smartphones en hun effecten op kinderen een hoge mate van inzet en verantwoordelijkheid van zowel ouders als onderwijsinstellingen. De noodzakelijke stappen om gezond mediagebruik te bevorderen zijn nog lang niet voltooid, en het valt nog te hopen dat de huidige maatregelen vruchtbaar zullen zijn en jongeren ten goede zullen komen.